1. Je werkdag zit er bijna op. Je bureau is een grote puinhoop. Wat doe je?

Morgen is er weer een dag.
Je schuift alles op een hoop om een opgeruimde indruk achter te laten.
Je zorgt er voor dat je je bureau opgeruimd achterlaat.

2. Een aaneengesloten vakantie van meer dan 4 weken...

heb ik elk jaar nodig.
komt helaas zelden voor.
duurt mij te lang.

3. Een van je beste vrienden zegt te solliciteren op een baan bij het bedrijf waar je werkt. Eigenlijk wil je die baan misschien zelf ook wel hebben. Wat doe je?

Vriendschap gaat voor alles en je hoopt dat je vriend de baan krijgt.
Je laat je vriend weten dat je graag op die baan solliciteert als hij er van af ziet.
Je solliciteert op de baan. Moge de beste winnen.

4. Je rijdt door een villawijk. Wat denk je?

Dit is niet voor mij weggelegd.
Ik hoop dat ik de lotto win.
Eens zal ik hier wonen.

5. Hoe wil je op je leven terugkijken?

Relaxed.
Het was het waard.
Ik heb er uitgehaald wat er in zat.

6. Hoe kijk je aan tegen relaties en werk?

Een goede relatie gaat voor alles
Werk en een goede relatie gaan goed samen
Werk gaat voor alles

7. Als ik werk...

kijk ik constant op de klok.
vergeet ik soms de tijd.
kun je een kanon afschieten en hoor ik nog niets.

8. Waar gaat jouw leven heen? Hoe ziet jouw toekomst eruit?

Ik zie wel wat er gebeurt.
Vaag.
Heb duidelijk voor ogen waar ik over vijf jaar sta.

9. Een goed voornemen...

strandt bij mij in schoonheid, leef ik zelden na.
komt bij mij soms uit, streef ik meestal na.
komt bij mij altijd uit, voer ik altijd uit.

10. Als ik de lotto win...

stop ik met werken.
geef ik veel weg en hou ik wat voor mijzelf over.
investeer ik het geld meteen.

11. Wat is je grootste ideaal?

Huisje, boompje, beestje.
Persoonlijke ontwikkeling. Geld is een relatief begrip.
Miljonair zijn. Eens zal ik in mijn eigen droomauto rijden.

12. Zou je een stukje van je vinger afstaan voor de ideale baan?

nee
twijfel
ja

Ambitietest

Hoe ambitieus ben je eigenlijk?

Instructie